 |
|
 |
 |

 |
Equine infectieuze anemie (E.I.A.)
|
 |
 |
 |
Persberichten |
|
 |
 |
Wat is equine infectieuze anemie ? |
|
 |
EIA (soms moeraskoorts genoemd) is een virale paardenziekte, die zich kan openbaren als een chronische verslechtering van de algemene toestand, gepaard gaande met een intermitterende koorts.
De gevoelige diersoorten zijn paarden, muildieren en ezels. Het gaat dus niet over een zoönose.
Infectieus agens
Virus van de familie van Retroviridae, genus Lentivirus. Er bestaan meerdere stammen, elk met een verschillende virulentie. De pathogenese wordt nog niet volledig begrepen: de immuunreactie tegen de antigenen leidt tot anemie, tot letsels van de bloedvaten en tot andere organische letsels. De initiële vermeerdering van het virus gebeurt in de monocyten/macrofagen. Het virus ontsnapt zo aan de humorale immuunreactie.
Symptomen
De ziekte kan een acuut of chronisch verloop kennen. Asymptomatische dragers worden ook vermeld.
- Acute vorm :
Intermitterende hoge koorts gepaard gaande met spierzwakte, ataxie, rillingen, eventueel met icterus of congestie van slijmvliezen. De petechiale hemorragiën aan de onderkant van de tong zijn kenmerkend, alsook sterke hartslagen, tachycardie en aritmie (myocarditis). Oedemen in de onderste delen van het lichaam kunnen voorkomen.
De anemie treedt vrij snel op. De eetlust is in het algemeen niet ontregeld. Plotselinge sterfte worden soms waargenomen. Een volledige genezing is zeldzaam, vaker worden aanvallen van intermitterende koorts waargenomen.
- Chronische vorm :
Vermagering, vermoeidheid, afname van de capaciteiten. Paarden die op rust gezet worden vertonen vaak slechts s’avonds een zwakke verhoging van temperatuur. Koortsaanvallen na krachtsinspanning zijn kenmerkend. Besmette dieren blijven dragers van het virus, zelfs indien er geen klinische symptomen zijn.
- Asymptomatische dragers :
Deze paarden lijken gezond, maar vertonen zwakke of onaantoonbare virushoeveelheden in het bloed. Het is mogelijk dat asymptomatische dragers nooit aan de acute of infectieuze vorm lijden. Factoren zoals stress, behandelingen of andere ziekten kunnen evenwel tot een acute vorm leiden, en dus een belangrijke verhoging van de virushoeveelheid in het bloed met zich meebrengen.
Incubatieperiode
Tussen 1 en 3 weken, maar soms 3 dagen of zelfs 3 maanden.
Epidemiologie
De overbrenging gebeurt via hematofage insecten (daasvliegen, vliegen) en via iatrogene weg (naald, tandheelkundige materialen) of door het gebruik van bloed afgeleide producten (serum). Het virus overleeft tot 4 uur bij insecten en tot 4 dagen in een besmette naald. Een intra-uteriene besmetting is mogelijk maar zeldzaam. Het sperma van geïnfecteerde hengsten is besmettelijk. Aanwezigheid van het virus werd aangetoond in uitwerpselen, slijm en melk en in dierlijke weefsels. Er wordt aangenomen dat deze laatste vormen van besmetting beperkt van omvang zijn.
Er bestaan seizoensinvloeden met een verhoging van de transmissie in de zomer en in de herfst (insecten als vectoren).
Het virus blijft gedurende het hele leven aanwezig in besmette dieren; deze dieren vormen dan een reservoir van het virus.
Diagnose
Verdenking in geval van koorts van onbekende oorsprong die resistent is tegen behandelingen, van occasionele verhoging van de temperatuur en van vermagering ondanks een goede eetlust. Voor de bevestiging wordt het bloedmonster aan een Coggingstest onderworpen (immuno-diffusietest).
Preventie - Behandeling
Er is geen enkele behandeling toegestaan. De besmette paarden blijven levenslang drager. Zij moeten zo snel mogelijk worden geslacht of geëuthanaseerd.
Er bestaat geen enkel vaccin tegen deze ziekte.
Bijgevolg is de toepassing van de maatregelen inzake goede veterinaire praktijken en goede hygiënepraktijken van primordiaal belang :
- gebruik van wegwerpspuiten,
- bij gebruik van materieel dat besmet kan zijn met bloed (maagsonde, materieel voor tandverzorging, verbanden en verzorgingsmaterieel, …) of afscheidingen van dieren (verzorgingsmaterieel, trens, …) : gebruik van wegwerpmaterieel, apart materieel gebruiken voor elk dier of schoonmaken en ontsmetten met een virusdodend ontsmettingsmiddel.
Gebruik van insecticiden of afweermiddelen op paarden kan insectenbeten en dus ook het risico van verspreiding door vectoren verminderen. In de literatuur worden de volgende moleculen aanbevolen : permethrine en pyrethrinoïden. In België is echter geen enkel diergeneesmiddel op basis van die moleculen toegestaan voor gebruik bij paarden. Het cascadeprincipe moet dan ook worden toegepast.
In niet-endemische gebieden bestaat de belangrijkste maatregel er evenwel in de zieke paarden op te sporen en ze te verwijderen.
Er moet bijzondere aandacht worden besteed aan de symptomen van de ziekte (zie Belgische wetgeving).
|
 |
 |
Belgische wetgeving |
|
 |
EIA is een ziekte die opgenomen is in het koninklijk besluit van 3 februari 2014 tot
aanwijzing van de dierenziekten die vallen onder de toepassing van hoofdstuk III
van de dierengezondheidswet van 24 maart 1987 en tot regeling van de aangifteplicht. Het gaat dus om een ziekte met aangiftesplicht die
onmiddellijk aan de LCE (Lokale
Controle-eenheid) moet worden gemeld.
Het K.B. van 01/02/2012 betreffende de bestrijding van infectieuze
anemie bij paardachtigen is van toepassing.
Het koninglijk besluit
voorziet onder meer in :
- de definitie van « dieren verdacht van infectieuze anemie » ;
- de verplichtingen van de dierenarts en de houder van de dieren :
- bij
verdenking moet de houder een erkend dierenarts ontbieden ;
- de dierenarts
moet het dier binnen 24 uur onderzoeken. Als de verdenking wordt bevestigd moet
de dierenarts het FAVV van de verdenking in kennis stellen en erop toezien dat
de verdachte dieren steeds verwijderd blijven van de plaatsen waar andere
paarden besmet zouden kunnen worden;
- maatregelen die moeten worden getroffen bij verdenking van de ziekte in een
bedrijf :
- verdachte dieren afzonderen van de andere paardachtigen van het
bedrijf en van de paardachtigen in de omgeving ;
- aanwezigheid van de
infectie bevestigen/ontkrachten ;
- verspreiding van de ziekte tijdens de
periode van verdenking beletten door verplaatsingen van verdachte dieren en
biologische producten alsook het gebruik van die producten te verbieden.
- maatregelen die moeten worden getroffen wanneer de ziekte in een bedrijf
wordt bevestigd :
- besmette dieren zo snel mogelijk slachten of doden ;
-
voorraden van biologische producten van een besmette donor vernietigen ;
-
alle paardachtigen van het bedrijf afzonderen en verbod op de aan- en afvoer van
paardachtigen in en uit het bedrijf ;
- verbod op de afvoer van biologische
producten van het bedrijf en verbod op het gebruik daarvan.
- voorwaarden om de maatregelen te kunnen opheffen bij verdenking of
bevestiging van de ziekte in een bedrijf ;
- maatregelen voor het afzonderen en onderzoeken van paarden die vanuit
Roemenië in België worden binnengebracht
|
 |
 |
Europese voorschriften betreffende de handel in uit Roemenië afkomstige paarden |
|
 |
Omzendbrief betreffende het in België binnenbrengen van uit Roemenië afkomstige
paardachtigen. (PCCB/S2/508946)
Besluit 2010/346/EU van de Commissie van
18/06/2010 tot vaststelling van beschermende maatregelen in verband met
infectieuze anemie bij paardachtigen in Roemenië werd gepubliceerd op
22/06/2010.
Dat besluit werd genomen nadat in
2010 in België en in het Verenigd Koninkrijk bij meerdere paarden afkomstig uit
Roemenië besmetting met equine infectieuze anemie (EIA) werd vastgesteld.
Bovendien heeft het Europese Voedsel- en Veterinair Bureau in 2009 in Roemenië
belangrijke tekortkomingen vasgesteld.
Het besluit voorziet in strenge
maatregelen met betrekking tot de verzending vanuit Roemenië naar andere
lidstaten van paarden (ezels inbegrepen), sperma, eicellen en embryo’s van
paarden en van bloedproducten van paarden.
Met name mag Roemenië alleen
paarden naar andere lidstaten verzenden als
- de gehele zending :
- onder officieel toezicht is afgezonderd op een bedrijf dat door de Roemeense
autoriteit is erkend als zijnde vrij van EIA ; en
- gedurende ten minste 90 dagen vóór de dag van verzending op een afstand van
minimaal 200 m van andere paarden met een lagere gezondheidstoestand is
gehouden.
- alle paarden waaruit de zending bestaat met negatief resultaat een
agargel-immunodiffusie (AGID-test = Coggins-test) hebben ondergaan. De test
wordt uitgevoerd op 2 bloedmonsters die met een tussenpoos van 90 dagen zijn
genomen waarbij het tweede monster binnen tien dagen voor de dag van verzending
moet zijn genomen ;
- de paarden waaruit de zending bestaat rechtstreeks van het erkende bedrijf
naar de plaats van bestemming worden verzonden, zonder via een markt of een
verzamelcentrum te gaan ;
- indien de zending ook andere dan als slachtdieren gehouden paarden omvat,
moeten alle andere paarden die tijdens de afzonderingsperiode van de zending op
het erkende bedrijf aanwezig zijn met negatief resultaat een AGID-test hebben
ondergaan. De test wordt uitgevoerd op bloedmonsters die zijn genomen hetzij
voordat zij tijdens de afzonderingsperiode van het bedrijf worden afgevoerd,
hetzij binnen 10 dagen voor de dag van verzending van de zending ;
- alle paarden waaruit de zending bestaat gemerkt zijn met een transponder en
voorzien zijn van een paspoort als bedoeld in verordening (EG) nr. 504/2008. Het
paspoort vermeldt het nummer van de transponder, de uitgevoerde AGID-tests en de
resultaten daarvan.
- het journaal wordt gecontroleerd ;
- de paarden waaruit de zending bestaat vergezeld gaan van het
gezondheidscertificaat voor fok- en gebruiksdieren of voor slachtdieren waarop
de vermelding « Paardachtigen verzonden overeenkomstig Besluit 2010/346/EU van
de Commissie » is aangebracht.
Er worden ook specifieke voorschriften vastgelegd
voor :
- als slachtdieren gehouden paarden die bestemd zijn om rechtstreeks naar het
slachthuis te worden vervoerd en op het erkende bedrijf bijeengebracht zijn
vanuit bedrijven die door de Roemeense autoriteit als vrij van EIA zijn
gecertificeerd ;
- geregistreerde paarden die aan bepaalde internationale wedstrijden en
evenementen deelnemen ;
- sperma, eicellen, embryo’s van paarden en bloedproducten van paarden.
Er gelden ook verplichte maatregelen voor de
plaats van bestemming van de dieren :
De paarden moeten bij aankomst :
- binnen 72 uur na het via TRACES gemelde
tijdstip van aankomst op het slachthuis worden geslacht. 10 % van de dieren van
elke partij moet na aankomst een AGID-test ondergaan ; of
- onder officieel veterinair toezicht afgezonderd worden gehouden op het
bedrijf van bestemming dat is aangegeven op het gezondheidscertificaat. De
dieren worden gedurende ten minste dertig dagen afgezonderd op een afstand van
ten minste 200 m van andere paarden of zodanig dat zij tegen vectoren zijn
beschermd. De dieren worden onderworpen aan een AGID-test die uitgevoerd wordt
ten laatste 28 dagen na het begin van de afzonderingsperiode uitgevoerd;
- gedurende 90 dagen na de dag van aankomst in het bedrijf van bestemming van
uit Roemenië afkomstige paarden mogen paarden alleen van dat bedrijf naar een
andere lidstaat worden verzonden als :
- zij met negatief resultaat een AGID-test hebben ondergaan. De test wordt
uitgevoerd op een bloedmonster dat binnen 10 dagen voor de dag van verzending is
genomen ; en
- zij vergezeld gaan van een gezondheidscertificaat voor fok- en
gebruiksdieren of voor slachtdieren.
Dit Europees besluit voorziet
ondermeer dat de kosten van de AGID-testen en de door het FAVV verrichte
controles op de naleving van de in het besluit vastgelegde maatregelen worden
gedragen door hen voor wie de paarden bestemd zijn.
Bij een positief
resultaat voor de AGID-test wordt het positieve dier zonder vergoeding geslacht
en worden in het bedrijf afdoende bestrijdingsmaatregelen toegepast. |
 |
 |
De epidemiologische situatie in Europa |
|
 |
De verspreiding van EIA is wereldwijd.
In 2016 werden haarden vastgesteld in Griekenland (1), in Hongarije (4), in Slovakije (2) en in Roemenië (307).
In 2017 werden haarden vastgesteld in Bulgarije (1), in Kroatië (1), in Duitsland (5), in Hongarije (1), in Nederland (1) en in Roemenië (169).
De ziekte is endemisch in Roemenië.
|
 |
 |
Situatie in België |
|
 |
Equine infectieuze anemie werd in 2010 voor het eerst vastgesteld in
België. Er werden 7 haarden geïdentifceerd waarbij alle besmette paarden
afkomstig waren uit Roemenië. De besmette dieren werden geslacht of
geëuthanaseerd en in de 7 betrokken bedrijven werden maatregelen ingevoerd
waarbij verplaatsingen werden verboden en de overblijvende paarden serologisch
moesten worden gevolgd. De maatregelen werden in alle bedrijven opgeheven nadat
de afwezigheid van de infectie werd bevestigd 3 maand na afvoer van het besmette dier.
Hoewel de Europese gezondheidsvoorschriften voor het
handelsverkeer in paarden uit Roemenië werden verscherpt, is het probleem nog
steeds niet opgelost :
- er werden tussen 2007 en 2009, 2085 Roemeense paarden binnengebracht in
België. Een grote meerderheid daarvan heeft België verlaten. 95 op ons
grondgebied aanwezige paarden werden getest en 34 zijn gestorven. Helaas konden
226 dieren als gevolg van een gebrekkige traceerbaarheid niet worden
geïdentificeerd. Sommige van die paarden kunnen besmet zijn met equine
infectieuze anemie en de infectie verspreiden;
- Duitsland identificeerde onlangs loten paarden die illegaal vanuit
Roemenië werden binnengebracht, waaronder ook paarden die besmet waren met
equine infectieuze anemie.
In 2012 werd op 15 mei een haard vastgesteld in de provincie Luik. 5 dieren van de haard zijn geïnfecteerd. Ze werden geëuthanaseerd. Op 9 juli 2012 werd een geval van infectieuze anemie vastgesteld in een tweede bedrijf in de provincie Luik en dit op enkele kilometers van de eerste haard. Het getroffen dier werd geëuthanaseerd. Op 7 augustus 2012 werd een derde haard vastgesteld. De getroffen pony werd geëuthanaseerd. Op 6 december 2012 werd een vierde haard vastgesteld. De vijf paarden van het bedrijf waren reeds onderworpen aan controlemaatregelen vanwege de nabijheid van haard 3. Er werd een epidemiologisch onderzoek uitgevoerd om de paardachtigen die mogelijk besmet werden, te identificeren. De dieren die in contact kwamen, worden beschouwd als verdacht van equine infectieuze anemie en moeten op deze ziekte getest worden. Tot wordt vastgesteld dat deze dieren niet besmet zijn, moeten zij worden geïsoleerd om verspreiding van de ziekte te voorkomen.
Voor meer info, zie de persberichten hierboven.
|
 |
 |
Aantal EIA ziektegevallen gediagnosticeerd in België |
|
 |
Ligging van het landbouwbedrijf |
Herkomst van het dier |
Datum van de diagnose |
Aantal geeuthana-
sieerde paardachtigen |
Datum van de laatste euthanasie |
Aantal andere paardachtigen op het bedrijf |
Maatregelen |
2012 |
Saint-George-sur-Meuse |
|
06/12/2012 |
1 |
07/12/2012 |
4 |
opgeheven |
Saint-George-sur-Meuse |
|
07/08/2012 |
1 |
08/08/2012 |
3 |
opgeheven |
Horion-Hozémont |
|
09/07/2012 |
1 |
10/07/2012 |
44 |
opgeheven |
Flémalle |
|
15/05/2012 |
5 |
13/06/2012 |
13 |
opgeheven |
2011 |
Assebroeck |
Roemenië |
29/01/2010 |
1 |
03/02/2010 |
44 |
opgeheven |
Fumal |
Roemenië |
16/03/2010 |
1 |
17/03/2010 |
0 |
opgeheven |
Warsage |
Roemenië |
16/03/2010 |
1 |
19/03/2010 |
79 |
opgeheven |
Brugge |
Roemenië |
21/05/2010 |
1 |
26/05/2010 |
2 |
opgeheven |
Charneux |
Roemenië
|
26/05/2010 |
1 |
28/05/2010 |
1 |
opgeheven |
Knesselare |
Roemenië
|
08/06/2010 |
2 |
14/06/2010
|
3 |
opgeheven |
La Reid |
Roemenië
|
11/06/2010 |
1 |
14/06/2010
|
14 |
opgeheven |
|
|
 |
 |